hoe maak je een goed vuur?

Hoe maak je een goed vuur?

Dat lijkt een makkelijke vraag maar vaak blijken mensen er toch moeite mee te hebben. Dat komt dan door weinig ervaring met vuurtjes stoken en mogelijk een kachel die moeilijk op gang te brengen is. Dus, hoe maak je een goed vuur?
De eerste vereiste van een tuinkachel is dat het vuur makkelijk en schoon brandt. Het is de uitdaging om het hout zo compleet mogelijk te laten verbranden. Daarvoor zijn een aantal aspecten van belang: Het hout, de wijze van aansteken en de luchtvoorziening in de kachel.
Je zal je zien dat het met een Stokem heel makkelijk is, super snel gaat en je dus eigenlijk op ieder moment kan besluiten even snel een vuurtje te gaan branden.

  • Binnen 14 dagen gratis retourneren
  • 5 jaar product garantie
Stokem Stoves
  • De meest robuuste tuinkachel
  • Schone verbranding

Het Hout

Vanzelfsprekend gebruik je alleen puur hout. Geen geverfd hout, geen geïmpregneerd hout en ook geen multiplex.

Daarnaast moet het hout goed droog zijn. Alleen goed droog hout kan schoon verbranden. Als het vochtig is gaat er veel warmte verloren aan het verdampen van het vocht. Bovendien loopt dat vocht daarna aan alle kanten uit de kachel. Vochtig hout zal altijd slecht verbranden en daarmee veel zwarte rook creëren. Net gekapt hout heeft een vochtigheid percentage van ongeveer 50%. Hout is geschikt om te stoken als het onder de 20% zit. beter nog is 12% – 15%. Om vers gekapt hout te laten drogen tot het bruikbaar is heb je voor berken minstens een jaar nodig en voor eiken wel drie jaar.

Koop bij ons gedroogd hout: gedroogd en gestapeld hout

De wijze van aansteken

Er zijn twee manieren om het vuur aan te steken. De snelle rokerige manier en de langzamere schone manier. Onze voorkeur gaat natuurlijk uit naar de langzamere schone manier. Dit heet de Zwitserse methode. De Zwitserse methode houdt in dat je het hout in de kachel stapelt van dik beneden naar klein bovenop. Op deze kleine aanmaakhoutjes bovenop leg je dan een paar aanmaakblokjes en die steek je aan. Eerst zullen de kleine houtjes vlam vatten en langzaam breidt het vuur zich uit naar beneden en zullen grotere stukken vlam vatten.

Grote voordeel hiervan is dat de kachel rustig wordt voorverwarmd door het kleine vuur met weinig rook. Hierdoor ontwikkelt de trek zich in de kachel waardoor de vlam wordt gestimuleerd.

Luchtvoorziening in de kachel

Tijdens de opstart fase heeft de kachel meer zuurstof nodig. De Stokem deur heeft een extra ‘kickstart’ stand door de sluiting niet helemaal dicht te doen maar de deur vast op een kier te zetten. Dit geeft meer toegang tot zuurstof maar creëert tegelijkertijd een roterend effect van de lucht in de kachel. Dit zorgt weer voor turbulentie wat goed is voor de volledige verbranding van het hout bij een koude kachel.

Laat de kachel zo rustig opwarmen en tegen de tijd dat alle kleinere houtjes volop branden kan je wat verse blokjes toevoegen en de deur sluiten. Nu is de kachel warm, het vuur op gang en kun je genieten van de warmte en de speelse vlammen.